“Wij rijden veel in de reststoffen waarvan veel geperst of losgestort oud papier, plastic en stenen voor de bouw of bestrating. En vaak nemen we ook rollen nieuw papier mee terug. Dus rijden we veelal zwaar,” vertelt Anke van der Struijk, de dochter van de directeur. “Met stenen zit je sowieso makkelijk aan de 50 ton. Maar ook met het transport van recycleerbare reststoffen willen we de optimale payload. Dus liefst 50 ton op vijf assen. Door bij onze trekkers voor een langere wielbasis van 3.950 mm te kiezen, komt de schotel relatief verder naar voren en nut je de capaciteit van de vooras het beste uit. Op die manier blijven we bij 50 ton precies binnen de juiste aslasten.”
Meeneemheftruck
Bij de bakwagens kiest Van der Struijk voor een kortere wielbasis van 4.550 mm. Dat doen we dan in combinatie met een drie-assige schamelaanhanger op de maximaal toegestane lengte. “Dan komen we ook aan 50 ton netjes verdeeld over de assen. Nu helpt het wel dat wij veelal blokladingen vervoeren. Als we al meerdere adressen hebben, is dat meestal met een combi en soms met een schuifzeil oplegger. De chauffeur heeft dan veelal een meeneemheftruck bij zich. Dan houd je sowieso genoeg gewicht achterop om de voorste as niet te overbelasten.”
Hoge- en lage cabines
De elf nieuwe voertuigen hebben allemaal verschillende dakhoogtes. “Dat komt omdat we voor sommige werkzaamheden helemaal geen hoge cabines nodig hebben. In alle voertuigen zit sowieso maar één bed want het gros van onze chauffeurs is ’s avonds gewoon weer thuis. Wij vinden het ook prettig als de trucks ’s avonds bij ons achter het hek staan en niet onbewaakt ergens in de buurt waar de chauffeur woont. Vooral onze drie LZV’s en onze walking floor auto’s overnachten regelmatig. Maar dat is doorgaans bij een truckstop en dan is de chauffeur aan boord.”
Eigen werkplaats
Van der Struijk Transport rijdt al sinds jaar en dag met Scania’s. “Ze bevallen uitstekend. De meesten gaan hier niet onder het miljoen kilometer op de teller weg. Maar er zijn nog meer redenen om met één merk te rijden. Een belangrijke is dat wij het onderhoud zelf doen. Dan is één merk natuurlijk veel eenvoudiger dan dat onze monteurs van meerdere merken alles moeten weten. Wij hebben een eigen werkplaats en een magazijn met voldoende onderdelen op voorraad.” “Een andere reden is de uniformiteit, vertelt Anke. “Ons hele wagenpark is zo opgezet dat al onze trekkers onder nagenoeg al onze trailers passen. Dat maakt de planning veel flexibeler. Alleen bij onze walking floor trailers gaat dat niet op omdat we niet elke auto met een hydrauliekpomp uitrusten.”
Tot 2030 de binnenstad in
De elf nieuwe voertuigen kunnen weer een tijd mee. “Het probleem bij vervanging zit voor ons tegen 2025 aan. Wij komen toch veel in binnensteden met bouwmaterialen en ook op de Maasvlakte. Er zullen steeds meer plaatsen komen met een zero-emissiezone. Deze nieuwe auto’s mogen daar nog tot 2030 rijden. Maar gek genoeg geldt dat niet voor Euro 6-auto’s die we na 2025 gaan kopen. Dat wordt nog puzzelen. Hopelijk is er rond 2030 voldoende doorontwikkeld qua actieradius en laadinfrastructuur om bijvoorbeeld ritten geheel elektrisch of op waterstof te kunnen doen.”
Xtra Green 10
Om klanten nu al groene ritten te kunnen aanbieden, rijdt Van der Struijk op Diesel Xtra Green 10. “Daar zit 10 procent biodiesel in”, vertelt Anke. “Daar krijgen we certificaten van. Omdat ons gehele wagenpark op die schonere diesel rijdt en niet iedereen opteert voor een CO2-neutrale rit, sparen we als het ware zo genoeg punten om dat wel te kunnen aanbieden. Maar het zou mooi zijn als er voldoende betaalbare HVO kwam. Dan zou het hele transport morgen al tot 90 procent CO2 kunnen besparen.”