Een onderdeel van het vorig jaar zomer gesloten Mobiliteitspakket in Europa betrof een terugkeerplicht van chauffeurs om de acht weken naar hun land van herkomst. Dat zou het chauffeursberoep humaner maken en het zou de concurrentie in het westen van Europa eerlijker maken.
Inmiddels is de Europese Commissie vatbaar voor kritiek op deze regeling: het om de acht weken leeg terugkeren zou een onnodige en oneigenlijke extra uitstoot van schadelijke stoffen en CO2 tot gevolg hebben. Het zou gaan om bijna drie miljoen ton CO2 en nog eens een tiende extra daarvan als gevolg van de cabotageregels. Hierop reageert de Commissie met de suggestie dat het met partijen opnieuw in gesprek gaat om te bekijken hoe het Mobiliteitspakket in lijn kan worden gebracht met de Green Deal die nu ook een voornaam onderdeel vormt van het Europees beleid.
Sociale dumping
De gang van zaken lijkt logisch, maar is dat geenszins. Enkele reusachtige grote Oost-Europese vervoerders zijn in korte tijd zo groot gegroeid doordat ze gewapend met goedkope chauffeurs de West-Europese transportmarkt kapot hebben gemaakt. Vaak ook nog ten koste van die goedkope chauffeurs. Schrijnende toestanden als drankmisbruik en ongevallen lagen aan de grondslag van het afgelopen zomer gesloten Mobiliteitspakket. Pikant is een commentaar van de Deense TLN hierop: “Juist nu duidelijk is wat wel en niet mag, zie je Oost-Europese bedrijven al in het westen vestigingen openen om daar hun trucks te stallen. Het heeft geen zin meer om in het oosten gevestigd te zijn, nu er ook voor chauffeurs eisen gelden aan het minimum loon. Sociale dumping verdwijnt daardoor als verdienmodel. Dat is wat we allemaal willen en wordt er niet meer onnodig heen en weer gereden van oost naar west Europa en andersom. Het mobiliteitspakket nu alweer open te breken is schadelijk voor alle betrokken partijen, de chauffeurs en niet in de laatste plaats het klimaat.”