Door een fout van de Nederlandse regering raken 11.000 beroepschauffeurs hun vakbekwaamheid kwijt. Het gaat om chauffeurs die voor 1 juli 1955 geboren werden. Voor hun gold een vrijstelling voor de Code 95 maar dat mag niet volgens de Europese richtlijnen. Dat betekent dat deze groep alsnog vijf keer zeven uren het klasje in moet voor de Code 95. Een probleem is echter de capaciteit van de rijscholen.
Minister Cora van Nieuwenhuizen van Infrastructuur en Waterstaat heeft dit nieuws onlangs aangekondigd. Nederland heeft op het gebied van de verplichte nascholing voor beroepschauffeus de Europese richtlijn niet goed uitgevoerd. Chauffeurs geboren voor 1 juli 1955 kregen namelijk tot een paar jaar geleden de Code 95 op hun rijbewijs, terwijl ze hier niet de verplichte nascholing voor hebben gevolgd. Per 1 juni 2015 is deze uitzondering geschrapt en is Nederland gestopt met het ‘cadeau geven’ van de Code 95.
Dit is echter niet voldoende voor de Europese Commissie. Om te voorkomen dat deze zaak voor het Hof van Justitie belandt, kondigt minister Van Nieuwenhuizen aan dat de groep chauffeurs die de Code 95 cadeau kreeg, alsnog de schoolbanken in moet. Het kabinet gaat een wetswijziging voorstellen die het mogelijk maakt de verstrekte codes in te trekken.
30.000 chauffeurs
Uit onderzoek in opdracht van het ministerie blijkt dat het in totaal om ongeveer 30.000 chauffeurs gaat die hiermee te maken zullen krijgen na inwerkingtreding van de wet, van wie ongeveer 11.000 beroepschauffeurs. De beroepschauffeurs zullen alsnog op tijd nascholing moeten volgen om beroepsmatig te kunnen blijven rijden. De overige rijbewijshouders zijn alleen verplicht hun rijbewijs om te wisselen voor een exemplaar zonder Code 95. Voor de goede orde, zonder Code 95 mag je wel hobymatig rijden met, bijvoorbeeld een grote camper, maar je mag dan geen beroepsgoederenvervoer uitvoeren.
De verwachting is dat er te weinig capaciteit beschikbaar is in de opleidingsbranche om de 11.000 chauffeurs de nascholing aan te kunnen bieden. Het gaat hierbij met name om de capaciteit voor de praktijktrainingen. Daarom is een overgangsperiode van minstens zes maanden nodig om ervoor te zorgen dat de opleidingscapaciteit niet overloopt.
Overigens is er over het niveau van de verplichte nascholing ook het nodige te doen. Het is bijvoorbeeld mogelijk om vijf keer dezelfde cursus te volgen, en dan is aan de nascholingsverplichting voldaan. Ook kunnen chauffeurs opleidingen volgen die weinig tot niets met hun werk te maken hebben, zoals heftruckcursussen voor buschauffeurs. Daar komt nog bij dat er geen enkele toetsing is of de geleerde stof ook echt is blijven hangen. Volgens de richtlijnen moet de cursist de hele dag aanwezig zijn tijdens de cursus. Of hij dan slaapt, met zijn telefoon speelt of echt op zit te letten maakt niet uit.
Duidelijk is wel dat door deze maatregels het chauffeurstekort nog verder oploopt. De elfduizend actieve beroepschauffeurs zullen wel rap aan de bak gaan om de Code 95 te halen, maar de rest van de 30.000 chauffeurs gaan hiermee verloren als tijdelijke krachten.
