Van de Hoef Transport uit Groenekan kennen we van de DAF trucks waar het bedrijf al sinds jaar en dag mee rijdt. Sinds kort rijdt er echter ook een vreemde eend in de bijt in de vorm van een Renault T!
Van de Hoef Transport BV heeft in totaal 35 trucks, allemaal van het merk DAF. Daar kwam onlangs dus de nieuwe Renault truck bij, toch wel opmerkelijk. ,,In principe rijden wij maar met één merk'', zegt eigenaar Frans Baltussen. ‘Uniformiteit in uitstraling vind ik belangrijk. Toch heb ik me opengesteld voor een nieuw merk, onder andere omdat ik het nieuwe T-model een moderne uitstraling vind hebben. Daarnaast werkt Renault samen met Volvo aan de ontwikkeling van een aantal belangrijke onderdelen - zoals de versnellingsbak - wat mij als ondernemer het vertrouwen gaf om de stap te wagen.’
Een truck is net zo goed als de dealer die er achter staat, en dat sprak Baltussen erg aan in dealer Van Dijk Trucks. ,,De wereld rondom Utrecht is niet groot en Van Dijk heeft een goede naam. Toen vertegenwoordiger Barney Schuur contact met mij opnam, ben ik het gesprek aangegaan. Ik ontving een keurig voorstel en op een gegeven moment moet je dan ja of nee zeggen. Ik kreeg een goed gevoel bij het complete plaatje van service en ondersteuning en zei: “Laat maar zien of zo’n Renault doet wat hij belooft!” De truck wordt breed ingezet bij Van de Hoef Transport. ‘Wij richten ons met name op het transport van bouwgerelateerde producten die schadegevoelig zijn. Denk aan dakplaten voor utiliteitsbouw, producten voor interieurbouw, hout en plaatmateriaal. De nieuwe Renault kan het complete plaatje vervoeren.’
Baltussen heeft er vertrouwen in dat de truck zich nog zal bewijzen. ‘Dat hoop ik aan het eind van het jaar terug te zien in de kilometerkostprijs. We moeten er langer mee rijden om daar gegronde conclusies over te kunnen trekken. De chauffeur moet de auto nog beter leren kennen en de komende tijd gaan we kijken hoe dat zich ontwikkelt. Momenteel gaat alles goed en ben ik positief. Van Dijk Trucks is blij dat wij hen de kans hebben gegeven en wij hopen uiteindelijk dat we hiermee een keuze voor de lange termijn kunnen maken.’