Volgend jaar gaat er in ons land volgens Rijkswaterstaat een platooningproef van start waar verschillende bedrijven aan meedoen. De truckindustrie, de overheid en organisaties als TNO geloven in het ‘platoonen’ oftewel het vormen van elektronisch bewaakte treintjes van vrachtwagens. De elektronica zou middels sensoren en signalen de trucks verbinden en daardoor kunnen trucks dichter op elkaar rijden. Dat scheelt brandstof en ruimte op de weg, zo is de gedachte.
Nu vraag ik me af of de korte afstanden in ons kikkerlandje ook maar enige vorm van besparing opleveren, vooral omdat trucks nu ook al heel dicht achter elkaar rijden. De enorme drukte op ons onder bemeten wegennet zorgt er voor dat chauffeurs ook zonder die elektronica al heel dicht op elkaar rijden. Ga maar eens kijken aan de A67, je wordt er eng van als je ziet hoe kort de trucks achter elkaar rijden. Dat gaat dan ook regelmatig heel erg mis.
De politie zou hier veel meer op toe moeten zien, zoals dat bijvoorbeeld in Duitsland wél gebeurt. Daar krijg je stevige boets én ‘Flensburger punkte’ als je te weinig afstand houdt. Een probleem wat ik voorzie met het Platooning verhaal is hoe de politie voortaan het onderscheid kan maken. Rijden trucks onverantwoord dicht op elkaar of zijn ze aan het ‘Platoonen’? Daarnaast zijn er nog een heleboel problemen die het vormen van elektronische treintjes tot een redelijk onuitvoerbaar project maken. Wat dacht je van het verschil in vermogen van de trucks, en de verschillende gewichten en zwaartepunten van de uiteenlopende ladingen?
Nee, zolang het zelfs nog dagelijks fout gaat met de afstemming tussen trekker en trailer met ABS kabels, storingsmeldingen en andere narigheid zien wij het elektronisch koppelen van verschillende merken trucks en trailers nog lang niet gebeuren. Wij van BIGtruck geloven dan ook veel meer in een stalen dissel om twee opleggers te verbinden dan in een elektronische dissel.