De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) heeft onvoldoende onderzoek gedaan bij De Rooy Transport uit Son en Breugel naar overtredingen van de rij- en rusttijden. Dat oordeelde de Raad van State gisteren in een door FNV aangespannen zaak. Edwin Atema, bestuurder FNV Transport en Logistiek: ‘Deze uitspraak is een dik verdiende en snoeiharde draai om de oren van de inspectie en onderschrijft onze zorgen over het slappe optreden van de inspectie in bredere zin.’
De Raad oordeelde ook dat de inspectie niet heeft voldaan aan een eerdere gerechtelijke uitspraak om onderzoek in te stellen naar het mogelijk overtreden van het verbod op weekendrust in vrachtwagencabines. De Rooy laat chauffeurs uit Oekraïne, Wit-Rusland en Roemenië weken tot maanden achter elkaar bivakkeren in vrachtautocabines. Dit is op grond van Europese rij- en rusttijdenwetgeving verboden en in Nederland aangemerkt als zwaarste overtreding uit die wetgeving, schrijft het FNV.
Dieptriest
Atema: ‘Deze uitspraak onderschrijft de brede grieven die we hebben op de inspectie. Dat maken we keer op keer duidelijk, in de media, in Den Haag en in de rechtszaal. De wet- en regelgeving is duidelijk, we leggen de bal voor de inspectie keer op keer op de stip, maar de Nederlandse inspectie is feitelijk alleen bezig met het beargumenteren waarom ze niks doen. In Nederland is de inspectie geen vriend van chauffeurs of nette bedrijven. Het niet handhaven is een rode loper voor malafide bedrijven die Nederland zien als vrijhaven waar alles kan. Diep triest.’
Misstanden
FNV onderzocht het bedrijf in 2018 en vond vele misstanden. ‘We zagen fraude en overtredingen van rij- en rusttijden, het illegaal te werk stellen van chauffeurs uit Oekraïne, Wit- Rusland en Turkije, onderbetaling en verschillende andere misstanden’, aldus Atema. In 2019 verzocht FNV daarom de ILT en de Nederlandse Arbeidsinspectie (voorheen Inspectie SZW) om onderzoek te doen, boetes uit te delen en handhavend op te treden.'
Zooitje
'De inspectiediensten deden een administratieve controle en troffen 262 chauffeurs aan die niet bij De Rooy op de loonlijst stonden en concludeerde dat de administratie ‘een zooitje was’. Er werden boetes uitgedeeld wegens illegale tewerkstelling en het niet op orde hebben van de rij- en rusttijden. Met het uitdelen van boetes was vervolgens voor de inspectie de kous af en werd het dossier gesloten. De inspectie zag geen aanleiding tot een specifieke controle op de weekeindrust of andere handhavende maatregelen, aldus het FNV.
Bezwaar
FNV was het niet eens met het alleen uitdelen van boetes, omdat daarmee geen enkele waarborg voor naleving in de toekomst wordt gegeven. Atema: ‘In Nederland zijn boetes zo laag dat beboete bedrijven gewoon doorgaan met het overtreden van wet- en regelgeving.’ FNV ging in bezwaar bij de ILT, maar die veegde de bezwaren van FNV van tafel. Daarop ging FNV naar de rechter, die in november 2020 FNV gelijk gaf en de ILT opdroeg om alsnog onderzoek in te stellen.
Onderzoek
In augustus 2021 deelde ILT haar nieuwe inspectierapport. Op basis van een controle van slechts één van de ongeveer 600 chauffeurs en het overnemen van de reactie van de advocaat van De Rooy -dat er toch echt niets aan de hand was-, concludeerde de inspectiedienst dat er geen overtredingen waren gevonden. FNV stapte daarop naar de Raad van State die nu oordeelde dat de inspectie alsnog onderzoek in moet stellen. Daarbij oordeelde de Raad dat de bevindingen uit het eerste onderzoek genoeg aanleiding gaven voor vervolgonderzoek.
Reactie Inspectie
Van de inspectie kregen we desgevraagd de volgende reactie: “De Raad van State (RvS) geoordeeld dat de minister van IenW (i.c. de Inspectie Leefomgeving en Transport - ILT) onvoldoende onderzoek heeft verricht naar mogelijke overtredingen van de wekelijkse rusttijden bij transportonderneming De Rooy.
De RvS draagt de minister van IenW (i.c. de ILT) op om een onderzoek in te stellen naar mogelijke overtredingen bij De Rooy, en afhankelijk van de uitkomsten daarvan, een nieuw besluit op het handhavingsverzoek te nemen. Verder dient de minister bij het nemen van het nieuwe besluit te beoordelen of hij, gelet op de uitkomsten van het onderzoek, aanleiding ziet om ook de buitenlandse entiteiten van het bedrijf aan te merken als belanghebbende bij het handhavingsverzoek.
De ILT geeft gehoor aan de uitspraak van de Raad van State en zal op korte termijn een onderzoek starten naar mogelijke overtredingen i.z. de wekelijkse rusttijden bij transportonderneming De Rooy.”