RTE, een onderdeel van RMI, in Rotterdam nam recent twee Scania’s P360 4x2 trekkers in gebruik voor het transport van tankcontainers en swap bodies. RTE koos na een verkenning van de markt voor Scania vanwege het zeer lage eigen gewicht van de trucks, slechts 6.480 kg.; incl. volle brandstoftank en chauffeur.
RTE staat voor De Rijke Transport en Expeditie en bestaat in deze vorm pas net drie maanden. “Wij hebben RTE opgericht om meer aanvullende services te leveren aan RMI en zijn klanten”, vertelt operations & technical director Pascal Vermeulen. “Tot nu toe wilde R.M.I. wél alles van Scania, maar niets van een eigen vloot weten. Dus verliep onze dienstverlening met charters. Maar tijden veranderen en omstandigheden ook en daarom hebben we ons hele transport onder de loep genomen en logistiek anders in elkaar gestoken. Daar paste de aanschaf van twee eigen auto’s bij,” aldus Vermeulen die zich haast te vertellen dat de twee voertuigen een uitbreiding zijn. “Alle charters waar wij mee werken, blijven voor ons rijden. Maar door de inzet van twee eigen voertuigen, denken wij voor alle partijen een win-win situatie te bereiken en voor onze charters minder wachttijd en meer rijtijd.”
Gezien de bijzondere inzet van de voertuigen én met het oog op payload, brandstofefficiëntie en duurzaamheid, wilde Vermeulen zijn nieuwe voertuigen zo licht mogelijk hebben. “Wij streven naar een zo hoog mogelijke payload. Verder is het voor ons een kwestie van een verantwoord vermogen met een zo laag mogelijk verbruik combineren.”
Dat de keus op Scania is gevallen, komt gedeeltelijk omdat RTE vindt, dat het merk het juiste product in huis heeft én door het meedenken van de Scaniadealer in Hoogvliet. “Omdat wij voornamelijk in en rond de Rotterdamse haven rijden en amper Zuid-Holland uitkomen maken wij nog geen 50.000 kilometer op jaarbasis. En dat is dan nog eens in twee shifts. Dan heb je niet de grootste cabine nodig. Vanwege die korte afstanden én het feit dat er nooit in overnacht wordt, was de keuze voor de compacte CP-cabine gauw gemaakt. We hadden daar de allerlichtste korte cabine kunnen kiezen, maar dat hebben we niet gedaan. In de middellange CP17 dagcabine is er net wat meer wat ruimte achter de stoel en is er zelfs een neerklapbare rustgelegenheid voor de chauffeur. Dit voor die enkele keer dat hij toch langer moet wachten,” aldus Vermeulen. “Als bijkomend voordeel van de CP, wisten we dat de chauffeur lager komt te zitten. Dat scheelt met in- en uitstappen en het is qua zichthoeken veiliger.”
Een ander belangrijk deel van de gewichtsbesparing komt door de keuze voor de Scania negen liter vijfcilinder motor. Die levert nagenoeg dezelfde prestaties als de 13 liter 370 pk, maar is wel 230 kilo lichter. Het laatste deel van de gewichtsbesparing komt via de suggestie van de dealer om kleinere tanks voor de brandstof en AdBlue te monteren. “Daar had de dealer een goed punt. Het heeft voor ons geen zin om 700 liter diesel en 60 liter AdBlue mee te slepen als we met 350 liter ook ruimschoots uitkomen. Dat scheelt weer een 350 kilo.”
“Waar we enerzijds voor het minste gewicht gingen, hebben we voor de cabine voor de chauffeur wel luxe uitgerust. Behalve airco hebben we daar ook een premiumstoel en het premium infotainment met het grote scherm, DAB+, navigatie met high end speakers in laten zetten.”
Vermeulen verwacht van de lichte trekkers met 6.480 kg eigen gewicht zeker een ook een goed verbruik. “Dat gaan we bijhouden via onze eigen boordcomputer én via de uitdraaien van de Scania-organisatie. Omdat we voor deze voertuigen voor een Full Service Flexibel onderhoudscontract hebben afgesloten kunnen we daar ook veel meer parameters op zien. Alleen hebben we op dit moment nog te weinig ritgegevens voor een goede analyse en een betrouwbaar vergelijk. Daarvoor moeten de auto’s eerst wat langer onderweg geweest zijn zodat we de meeste ritten goed in kaart hebben.”